Harry Potter en de herontdekking van de literatuurkritiek
Hoe zou online literatuurkritiek er anno 2012 uit kunnen (of moeten) zien? Op Recensieweb werd de vraag voorgelegd aan een aantal gastauteurs. Na Ernst-Jan Pfauth was dit mijn bijdrage.
Internet heeft de literatuurkritiek teruggeven aan de lezer. Je kan overal je mening kwijt, tot lang niet ieders tevredenheid. Op Twitter kan je een boek in 140 tekens kapotschrijven, op Goodreads tip je ze aan je vrienden of op Facebook deel je de titel. Gezellig, zo met z’n allen door elkaar schreeuwen. Maar tegelijk met al het lawaai heeft internet ook een leemte in de literatuurkritiek gevuld.
Ik verbaasde een vriend van mij onlangs door na Hello I must be going, een film die wij gematigd leuk vonden, op internet verschillende recensies te gaan lezen. Na een film wil ik weten wat Dana Stevens van Slate ervan vindt of Richard Brody en David Denby, de bebaarde recensenten van de New Yorker. Zonder het zelf door te hebben las ik geen recensies meer om vooraf te bepalen welk boek of welke film ik ga zien, maar om deze achteraf te kunnen sorteren in mijn geheugen. Zoals je op vakantie een dagboek bijhoudt om te kunnen onthouden wat je gedaan hebt, zo helpen recensies je achteraf om een boek of film te onthouden.
Dat begon met Harry Potter. In 1999 las ik als vijftienjarige het eerste deel van de serie en in 2007 op mijn vierentwintigste het laatste deel. Tijdens Harry Potter And The Philosophers Stone had ik Windows 98 en ICQ en tijdens The Deathly Hallows een Macbook en Facebook. De eerste delen werden nog besproken op sites met dansende bananen en knipperende tovenaarsplaatjes, later verschenen er op elke mediasite recensies en werden er hele discussiefora geopend. Dat Harry Potter tegelijk opgroeide met het internet is nog te zien aan de grootste Harry Potter-fansite Mugglenet, die qua vormgeving nog het meest aan He-man of Transformers doet denken.
En terwijl de tijdschriften Harry Potter afstandelijk beoordeelden, terwijl de reeks een plaats kreeg in de literatuurgeschiedenis als definitieve doorbraak van de young adult-fictie, of als de escapistische fantasiewereld van een armlastige Engelse schrijfster, zo bekeken de lezers op internet het verhaal van dichterbij. Een deel van Harry Potter lezen betekende minstens nog een week digitale discussie. Begrepen we de keuzes van Harry? Zou de boze Voldemort terugkeren? Wat was de rol van de rat? Waar wilde Rowling naartoe? Wat was ons favoriete deel? Het was een manier om het verhaal samen te herbeleven; om samen het plot te bespreken en te wegen.
In de traditionele opbouw van een recensie vertel je meestal om welk boek het gaat, wat je ervan verwacht en of de verwachtingen ingelost worden. Daarmee sla je veel over: je gaat direct van de verwachtingen naar het eindoordeel. Wat tussendoor gebeurt sla je over.
In de zogenaamde recaps op verschillende sites wordt elk hoofdstuk naverteld en tegelijk besproken: ‘En toen vocht Harry een duel uit met Draco. Dat verbaasde me. In het vorige hoofdstuk was Harry daar nog helemaal niet klaar voor. Het lijkt wel of Rowling niet kan wachten om van Harry een vechtende held te maken.’ Daar zou in een papieren tijdschrift geen ruimte voor zijn. Dit is de niche van echte fanaten. Ik vermoed dat de schrijvers van recaps met hun monnikenwerk een vreemd soort loyaliteitsbetuiging doen. Maar het is een minutieuze manier van herbeleven, met duiding waar de NRC jaloers van zou worden.
Een meer wetenschappelijke benadering zijn de online leesclubs. Op bijvoorbeeld Slate laten ze vaak meerdere mensen meelezen met een boek, die dan in artikelen van ongeveer vierhonderd woorden op elkaar reageren. Zo worden meerdere perspectieven op een verhaal besproken. Iemand trapt af met een recensie, de anderen reageren en er mag weer geantwoord worden. Bij de laatste delen van Harry Potter lieten ze filmrecensenten meepraten, de kinderen van de recensenten en bekende schrijvers.
De lawine aan meninkjes mag irritant zijn, maar het maakt ook nieuwe ruimte. In een traditionele recensie zit weinig tijd tussen de verwachtingen en de conclusie. Een plot wordt hoogstens ingeleid. Maar op internet staat alles wat daar tussenin plaatsvindt, besproken door willekeurige lezers en beroemde schrijvers. En door mij. Als ik het hier op zwart-wit moest zetten vind ik vooral deel drie interessant en deel zeven beperkt geslaagd, maar tjonge jonge, wat was het in deel vijf spannend. En dat kan ik hier best zeggen.
---Tags:
David Denby, Goodreads, Harry Potter, JK Rowling, literatuurkritiek, Richard Brody, Slate
Tweet